Aandachtspunten in Projectdossiers
Kunstenaars en organisaties vragen mij waarom ze in de adviezen van de commissie een "Nee" lezen bij de geciteerde criteria zoals "Het initiatief beantwoordt op uitzonderlijke wijze aan aandachtspunt 'Meerstemmigheid en landschapszorg'." Er staan in het advies 5 van die "aandachtspunten". Daarom wil ik even stilstaan bij wat deze terminologie betekent of beter, wat het allemaal kan inhouden. Zo krijgen aanvragers van projectsubsidies een betere kijk en kunnen ze nagaan of ze wel of niet optimaal beantwoorden aan criteria die de overheid hier uitlicht.
Met deze aandachtspunten binnen het Kunstendecreet benadrukt de Vlaamse overheid bepaalde beleidsdoelen. Hieronder geef ik toelichting bij vijf vaak genoemde criteria.

1. Meerstemmigheid en landschapszorg
Dit criterium gaat over bijdragen aan een divers en veerkrachtig kunstenlandschap. Met 'Meerstemmigheid' bedoelt men zowel artistieke als maatschappelijke diversiteit: culturele achtergronden, disciplines en ervaringen krijgen een plek. 'Landschapszorg' betekent bewust omgaan met hoe je initiatief zich verhoudt tot anderen en het actief werken aan een duurzaam ecosysteem voor de kunsten. Een uitzonderlijke invulling hiervan houdt onder meer in:
- Actief inzetten op dialoog, inclusie en representatie;
- Verbinden van verschillende spelers, regio’s en publieken;
- Praktijken ontwikkelen gericht op ecologische, sociale of institutionele duurzaamheid;
- Zichtbaar bijdragen aan zorgzame en rechtvaardige relaties binnen het kunstenveld.
- En vooral ook: hoe uniek is jouw initiatief en hoe complementair is dat aan andere initiatieven?
2. Traditie en Innovatie
Hier ligt de nadruk op hoe jouw initiatief historische artistieke praktijken of ideeën verbindt met hedendaagse of toekomstige vernieuwing. Dit betekent niet simpelweg traditie kopiëren, maar deze kritisch bevragen en herinterpreteren. Innovatie omvat hier naast technologische ook sociale, conceptuele en methodologische vernieuwing. Denk ook aan innovatieve praktijken, werkmodellen en partnerships binnen én buiten de sector. Een uitzonderlijke invulling betekent bijvoorbeeld:
- Een vruchtbare spanning creëren tussen behoud en vernieuwing;
- Traditionele vormen herwerken tot actuele maatschappelijke of artistieke vragen;
- Bijdragen aan verdieping en verbreding van het artistieke repertoire;
- Innovatie kritisch, reflectief en experimenteel benaderen.
3. Internationalisering
Hierbij verwacht men meer dan alleen buitenlandse presentaties of incidentele samenwerkingen. Het gaat om structurele internationale dimensies, waarbij je actief bijdraagt aan internationale contexten en duurzame partnerschappen aangaat. Een uitzonderlijke invulling betekent bijvoorbeeld:
- Structurele en inhoudelijke internationale samenwerking;
- Interculturele dialoog en kennisuitwisseling stimuleren;
- De Vlaamse kunstpraktijk sterker verankeren in internationale netwerken;
- Actief en zichtbaar betrokken zijn bij maatschappelijke of artistieke kwesties over de landsgrenzen heen.
4. Kunst als gemeenschapsvorming
Dit begrip verwijst naar de rol van kunst in het creëren, versterken of transformeren van sociale cohesie, relaties en collectieve identiteiten. Het sluit aan bij beleidsprioriteiten rond participatie, inclusie en culturele democratie, waarbij kunst bijdraagt aan gedeelde ervaringen, kritische reflectie en maatschappelijke dialoog. Een uitzonderlijke invulling betekent bijvoorbeeld:
- Verschillende publieken aanspreken, zeker ook ondervertegenwoordigde of kwetsbare groepen;
- Collectieve processen stimuleren, zoals co-creatie of participatieve kunstvormen;
- Via artistieke interventies bijdragen aan het sociale weefsel van een gemeenschap.
5. Zelfredzaamheid van de kunstenaar
Het laatste aandachtspunt benadrukt het vermogen van de kunstenaar om zijn of haar praktijk zelfstandig te kunnen dragen, zowel artistiek als economisch. Dit sluit aan bij het beleidsdoel om de positie van de kunstenaar te versterken met aandacht voor autonomie en economische weerbaarheid. Een uitzonderlijke invulling betekent bijvoorbeeld:
- Professionalisering en ontwikkeling van competenties stimuleren;
- Toegang bieden tot werkruimte, residenties, coaching en netwerken;
- Het vermogen versterken om subsidies, publiekswerking en presentatiekanalen zelfstandig aan te pakken;
- Een ondernemende houding binnen een ondersteunend artistiek ecosysteem bevorderen.
Deze criteria zijn scherp gesteld en het behalen van een 'Ja' betekent werkelijk uitzonderlijk scoren. Het is dus niet vanzelfsprekend dat elke aanvraag hier automatisch aan voldoet. Kijk daarom kritisch naar je eigen project: welk criterium past écht bij jouw praktijk en hoe kun je dit op overtuigende wijze aantonen? Zo vergroot je aanzienlijk de kans op een positieve beoordeling.